Vanuit bestaande proefterreinen verspreid in Vlaanderen wordt de vergelijking gemaakt tussen intensief praktijkbeheer, botanisch beheer en weidevogelbeheer en dit voor begraasde en gemaaide graslanden. De resultaten van de proefvelden en deze van voorafgaande proefjaren komen aan bod in de terrein- en bedrijfsbezoeken evenals in informatiesessies en een informatiepakket. Op enkele landbouwbedrijven waar beheers- en/of gebruiksovereenkomsten werden afgesloten, wordt de inpasbaarheid van dit agrarisch natuurbeheer voorgesteld en onder de loep genomen. Bij de informatievergaderingen wordt nadrukkelijk ingegaan op het doel van de verschillende beheersvormen, kennis van de betreffende fauna en flora, de redenen voor beheersbeperkingen, beoogde resultaten. Daarenboven wordt ook ruim aandacht besteedt aan de landbouwkundige gevolgen van beheersovereenkomsten.